Levenskunst – Patricia de Martelaere over dagboeken

 in Levenskunst

Patricia de Martelaere: ‘Een dagboek is ook altijd een beetje een testament’

Voor wie houdt iemand een dagboek bij? ‘Voor zichzelf’ is vaak het antwoord. Maar is dat zo? ‘Dagboeken zijn altijd zo verbazend begrijpelijk, ook voor de volstrekte buitenstaander,’ merkt filosoof Patricia de Martelaere op. In ‘Dagboek en de dood’ schrijft ze dat dagboekschrijvers proberen van het leven een roman te maken: een leven met structuur en een eenheid. Als je een dagboek bijhoudt, heb je vanzelf een andere houding dan iemand ‘die alleen maar leeft.’ Al bij het opstaan, bedenk je wat je er ’s avonds over zal opschrijven. Daardoor sta je minder ‘als jezelf’ op, en meer als een romanpersonage.

Een werkelijk overzicht van het leven is er pas na de dood. In die zin is een dagboek een testament: ‘de stem van een levende die iets wil zeggen voor als hij dood zal zijn.’ Een dagboekschrijver spreekt dus niet alleen zijn huidige ik aan, maar ook ‘een later ik’.

Meer lezen over Patricia de Martelaere? Voor filosofie.nl schreef ik een inleiding over haar. In Theater De Roode Bioscoop gaf ik een ode aan haar column ‘Moet men krabben waar het jeukt?’ Voor ‘Het Moment’ interviewde ik beeldend kunstenaar en filosoof Iris van der Graaf over De Martelaere.

De scheurkalender Levenskunst van Filosofie Magazine biedt levenswijsheden uit de westerse en oosterse filosofie. Lees hier meer bijdragen van mij.

Aanbevolen Berichten